189
Een spiegel met een ebben lijst
Twee kleerschuijers, met een mangelbort ende een
ellestock,
Een preekstoel met een kamerdoexe neusdoek
met kantt
Drie spaanse stoelen, met drie groene
trijpe kussens,
Een gedraijt vrouwestoeltje met een slechte
v stoel kussen,
Twee groene glas gordijntjes met kopere
roetjens,
Porceleijn
Een dubbelde en Vier enkelde boterschotels,
Een porceleijne kom
Is gelegateert aan
maijke spelt bejaarde
Ses kopjens,
dochter
Een fles,
Twee grote klapmutsen
Drie slechte aarde schotels,
Twee gout gewichten
Boecken,
Een bijbel in folio gedruckt t' Arnhem bij
Jan Jansz boekverkoper ao„ 1614.
Huijsboek vijf decades van Bullingerus in quarto,
Historie vande Martelaren in quarto gedruckt
ao„ 1585
Drie Hemelsche tractaten in quarto van M„r Willem
Couper, in q
Een historie van Koninck Lodewijck van Vrankrijk
beschreven door Philips de Camins in octavo,
Koninklijken wegh tot den Hemel uijtgegeven door
t loff der kercke van
Arthurum dentum in kleijn octaaff
roelof Pietersz in
quarto
Spiegel der barmherticheijt gods van Roelof Pietersz
in kleijn octaaf
in psalm boek in quarto
offeringh der godsalicheijt van Baijlij in octaaff
Goliats swaart helmichius
Een out saij regenkleet, met een paar morsmouwen
ende noch eenige kleijne
boeckjens
Een root lakens neerstuck out, met een paar roo
voorstuck mouwen,
Een kottoen geverft kleetje,
Een paar kussens met slopen,
Een bed met twee peuluws alle bekleet
nogh twee kussens sonder slopen,
Een matras,
188
Een boratte vlieger met een boratte rock,
Een machaijerrock, ende een roo lakense
Dese sijne gelegateert aan
lijsbet hendrix ende geertruijd' Jan
rock,
Bremens dochter tot Dinslaken
Twee oostindische kleetjens,
Een stuck russcheleer,
Een root saij rijghlijff
Een moffel,
noch een oude moffeltje,
Inde kasjens neffens de betstee
Inde
sevenentwintigh kleijne sloopjens
Tweëntwintigh paar grote slopen, daaronder Vier
kleijne dittoos,
Een grote kottoene doek met kantt
Een sarviet dwaal
Twee oude sarvietten,
Twee kottoene onderbroeken,
Twee gesteke mouwen,
Vijff grove hantdoeken,
Twee lapjens linnen in een doek gewonden,
Twee porceleijne kopjens, met een ditto
pimpeltje met een voet
Twee grote flessen, ende eenige kannen
Int kasje op de trap,
noch vier achtkantte porceleijne kopjens,
Een mantje met
eenige klossen, ende
Inde gangh
drie paar witte
kousen met een
Drie oude printebortjens,
neus doek met kantt
Twee
Een gesnede mangelborden
Twee glase lantarens,
I
Inde Binnenhaart
Schilderijen
Een Zeestuckje met een swarte lijst
Een stuckje van bergh werck, met een swarte vergulde lijst
Een langhwerpigh stuckje van bloemen, met een vergulde lijst,
Een kontrefeijtseltje van zale„ Jan Nunnikhoven,
Een kruijsingh van een martelaar, met een swart lijstje,
nogh vier kleijne bortjens,
Een albastert bortje,
Twee printe bortjens,
Een schilderij van een persiaans heer ende een
Juffrouw,