234
Een dubbelde rijder
ƒ 13
Op huijden den xxiiien„
ƒ 5
Een goude Leeuw
aprilis ao„ xviC„ sestigh,
heeft willem Jacobsz
Een rosenobel
ƒ 11
Roos verklaart dat hij
ƒ 11
Een ditto
uijten boel van sijn
11
noch een ditto
Zale„ moeder pietertje
Een dubbelde ducaat
ƒ 10
Willems tot sijn nootlijck
onderhout ontfangen
ƒ 4„10
Een Franse kroon
heeft de nevenstaande
Een keijsers gul.
ƒ 3„10
post van goude pot
Een vierdubbelde pistolet ƒ 36„
penningen monterende
een hondert dartien gul.
Een Andries gul.
ƒ 3„
sestien stuijvers ende
ƒ 2„2
Een keijsers gul.
post int silvergelt van
achtien gul. sestien stuijv
Een achtste van een Jacobus ƒ 1„12
bedragende tsamen een
ƒ 2„2
Een andries gul.
hondert en tweendartigh
gul. twaalf stuijvers W.
de
gul. xii stuijver wederom te
Silver potgelds
actum in
Amsterdam Ter presentie
van Abraham kuijlman rijcxdaalders
ƒ 2„14
ende Benjanin van Santen 1 konincxdaalder
als getuijgen hier overgestaen Een rijcxdualder
ƒ 2„10
Willem Roos Een ditto
ƒ 2„10
1„16
Ab. kuijlman Een keijsers gul.
ƒ 2„10
B van Santen Een halve rijcxdaalder
10
Een se Engelsche schellingh
J:de.Winter NP
3
Een Vier ijser
Een vierkant Vries stuckje
6
Een vredepenningh
6
3
noch een vierijser
Noch een stucxke Engelsche schelling ƒ -10
B.
Een dubbelde rijcxdaalder
ƒ 2„14
Een konincxdaalder
ƒ 2„10
Een Rijcxdaalder
ƒ 2„10
Een ditto
Een keijsers gulden
ƒ 1„16
ƒ 2„10
Een rijcxdaalder
10
Een engelsche schellingh
3
Een vier ijser
Een vierkante amsterdamse schel
6
lingh
8
ƒ
Twee vliesen
noch een Vier ijser
ƒ -10
Een triumf pennincxken
A.
235
Een dubbelde rijcxdaalder
ƒ 2„14
Een konincxdaalder
ƒ 2„10
Een rijcxdaalder
ƒ 2„10
Een ditto
ƒ 1„16
Een keijsers gulden
Een ditto met twee vierijsers ƒ 2„10
Een schotse distelbloem
12
Een vier ijser
ƒ 3
Een Amsterdamse vierkante
ƒ 6
schellingh
ƒ 6
Een oude schellingh
ƒ 3
noch een vier ijser
ƒ -6
Een vlies
ƒ 18„16
W.
Silverwerck
Een paar seskante soutvaten wegende
vierentwintigh oncen a 56 stver.
ƒ 67„4„
Een paar driekante soutvaten wegende
31¼ oncen a 56 stver.
ƒ 87„10„
Een paar drie kante soutvaten met pilaren
wegende 20¼ oncen a 56 st.
ƒ 56„14„
Een acht kant teljoor met het wapen
vanden overledene ende haar man wegende
12½ oncen a 56 st.
ƒ 35„
Een duijts vergult schuijtje wegende 14½ oncen
a 56 st.
ƒ 40„12„
Een beker wegende 13¼ oncen a 56 st. ƒ 37„2„
Noch een beker wegende, ende ten prijse als voren ƒ 37„2„
Een punctschaal wegende 14 6/8 oncen
a 56 stver.
41„6„
Noch een punctschaal wegende ende ten prijse
als boven
41„6„
Een kleijn punctschaaltje wegende 7 oncen
a 56 stver.
19„12„
Een ditto wegende ende ten prijse als boven ƒ 19„12„
Twee gedopte schalen wegende 20 oncen
a 56 stver.
ƒ 56„
Twee Een kandeel kroes wegende 9½ oncen ƒ 26„12„
a 56 stver.
Een ditto wegende acht ende een half oncen a 56 stver. ƒ 23„16„
Een dopschaal daar een uijl op staat wegende
ƒ 27„6„
9 6/8 oncen a 56 st.
wegende
Twee ysbekertjens ^ 11½ oncen a 56 st. ƒ 32„4„
Een kroes met een wapen wegende 8¼ oncen a
23„2„
56 st.
ƒ 113„16„
ƒ 18„18:
ƒ 19„