2408 (split per page)

- Annotations   ·   No Other Contributors   ·   CC0 1.0

gt 27 Twee bortjens van prinsessen hendrick ende sijn princes, Een vierkante spiegel met een ebben lijst Een eiken eetens tresoortje Vijff matte stoelen, Een ijsere tang, aschop, en heugel en hangh-ijser, Een kopere braat pan, Een wit tijntje, Een koper kandelaartje, Een vurenhoute slaapbanck Een Ront geverft tafeltje, Drie hembden soo goet als quaat Drie lake linne lakens soo goet als quaat Vier slopen soo goet als quaat Twee doecken, Een blaauwe rock, Een oude swarte schortt Een out swart Jack Een visch-hoet Een roo borstrock noch een groffgreijn Jack met een schortt Schulden daar mede desen boele belast is Den boel is schuldigh aan Andries parna vleeshouder sessendartigh gl. ƒ 36„ Aan Jan Barentsz lakenkoper vijffen ƒ 25„ twintigh gul. Aan koert hendrixsz backer, vijftien gl. ƒ 15„ Aan Joost Hendricxsz kleermaker over gemaakte klederen twelck hier na sal blijcken bij reeckening hier aangeroert memorie Aan Willem Vlijm aanspreker hondert gul. verstreckt om den overledene daar mede ter aarde te brengen ƒ 100„ Aldus geinventariseert inden sterfhuijse vande voorn. Barbartje Meijnderts, gestaan opte oudewaal bovent huijs de bruijvis binnen deser stede Amsterdam, desen xxjen„ Aprilis ao. xvjc„ sestigh. Ter presentie van Abraham kuijlman ende Benjamin van Santen als getuijgen hier overgestaan cornelijs gertsen Abm. kuijlman B van santen Dierck Gerretsz claes gerritsen J: De Winter N.P. Tmerck gestelt bij Armtje Maas d'voorsz. Erffgenamen van Anna de Vrij bedankten ende Quiteerden mits desen, Belovende henl. de namaninge vandien volkomentlijck verbant af te houden, op, ende tegens eenen ijegelijcken, Ondert ende renunciat als na rechte, soude konsenterende hier van gemaakt ende aande meergemelte Erffgen. van Anna de vrij gelevert te werden Acte om te strekken als na behoren, sonder arg ofte list. In Amstelredam desen xijen„ Augusti ao„ xvjc„ negenenvijftigh. Ter presentie van Dirck de raijger ende Benjamin van Santen als getuijgen hier overgestaan D: De Reijger Jan Loddwigh B. van Santen gesina lodeich J: De Winter N.P. Inventaris vande Meubele goederen, ende schulden ende lasten soo ende sulx als deselve bij Barbartje meijndertsz ^ weduwe van Maas Gerritsz waal-redder op den xvijen„ van februarij ao. 1660 binnen Amsterdam overleden metter dood sijn ontruijmt, gemaakt bij mij Jacob de Winter binnen Openbaar notaris binnen der selver stede residerende, opt aangeven van Cornelis gerritsz scheepstimmerman, Dirck gerritsz scheeps timmerman ende Claas gerritsz scheepstimmerman en Armtje alle drie voor kinderen, ende Armtje Maas een nakind respective vande voorn. Barbartje Meijnderts, Een bed ende peuluw Twee hooft kussens Een banck beddetje ende peuluwtje Vier deeckens, Drie porceleijne boterschoteltjens daar onder een gebroocken, Vier aarde schotels, Twee porceleijne klapmutsjens een daar af gebroken, Ses porceleijne kopjens drie daar van beschadicht Twee aarde schalen, Vijf Aarde boterschotels ende een tafelbort bortjens Twee kontrefeijtseltjens van Prins maurits ende de koningh van Sweden, 26.